Eenheid in verscheidenheid

Klik hieronder op een kerkdorp

A | A | A

nieuws

Zaklampje brandt allen met batterij...

31-05-2020

De batterij van hun hart en hun ziel werd opgeladen met de liefde, de wijsheid en de kracht van Gods Geest

Ik zorg altijd wel dat ik ergens een zaklantaarn of zaklampje heb. Zoiets is altijd handig voor het geval je ergens zonder licht komt te zitten. Maar soms, wanneer je zo´n lampje dan wil gebruiken, komt er opeens geen licht uit. Wat blijkt dan? De batterij is leeg. Tja, zo’n zaklampje, hoe knap ook in elkaar gezet, brandt niet uit zichzelf. Het heeft energie nodig. Er moet een batterij in zitten, die opgeladen is.
Op dezelfde manier kun je zeggen dat wij christenen de energie van de heilige Geest nodig hebben om het licht van Christus in ons leven uit te stralen. Dat geldt voor ons persoonlijk, maar ook voor ons samen, als gemeenschap. Zonder de heilige Geest zijn we net als een zaklamp met een lege batterij. Dan zijn wij, mensen, wel een mooi menselijk apparaat, maar dan ontbreekt nog de geestelijke energie om het licht van Christus uit te stralen. Want daarvoor hebben we het licht, het vuur, de liefde, de kracht van de heilige Geest nodig.

Dat geldt bijvoorbeeld ook voor ons geloof. Zo zegt Paulus in de tweede lezing: Niemand kan zeggen: “Jezus is Heer”, tenzij door de heilige Geest. Daarmee bedoelt Paulus niet het louter uitspreken van de juiste lettergrepen: “Jezus is Heer”, want dat kan een ongelovige natuurlijk ook. Wat Paulus bedoelt is dat je om met begrip en met overtuiging in je hart deze woorden uit te spreken, dat Jezus de Heer is, dat Jezus werkelijk verrezen is en leeft en dat Hij nu van bij de Vader zijn heerschappij en invloedssfeer aan het uitbreiden is op aarde, tot aan de voltooiing; dat alles kun je niet zomaar uit je zelf met overtuiging geloven en uitspreken. Daarvoor heb je de heilige Geest nodig.

Want het is juist door de werking van de heilige Geest dat Jezus zijn heerschappij en invloed onder de mensen uitoefent. Jezus is Heer, niet met geweld of wereldse propagandamiddelen, maar juist door de werking van zijn heilige Geest. En wie geen besef heeft van de heilige Geest, kan dus ook niet echt besef hebben van de heerschappij van Jezus. Daarom kan, aldus Paulus, niemand zeggen: “Jezus is Heer”, tenzij door de heilige Geest.
Wanneer zijn de eerste christenen Jezus als Heer gaan belijden? Met name vanaf deze dag van Pinksteren, toen de heilige Geest over hen werd uitgestort. Voor die tijd noemden ze Jezus vooral Rabbi, of Meester en Leraar. Maar op deze Pinksterdag, nadat de heilige Geest over hen is uitgestort, verklaart de apostel Petrus met volle overtuiging: “Verheven aan Gods rechterhand heeft Jezus de beloofde heilige Geest van de Vader ontvangen en Deze uitgestort, zoals gij ziet en gij hoort. Voor heel het huis van Israël moet dus onomstotelijk vaststaan, dat God Hem tot Heer heeft gemaakt en tot Christus, die Jezus die gij gekruisigd hebt.”

Op Hemelvaart werd Jezus verheven aan Gods rechterhand. Als hemelse, verheerlijkte Heer kan Jezus sindsdien op alle plaatsen en in alle tijden werkzaam blijven, en dat doet Hij vooral door zijn Geest. We zien dat dan ook in de Evangeliepassage die we zojuist hoorden, wanneer de verrezen Christus opeens te midden van zijn leerlingen staat, met de woorden “Vrede zij u!”. De verrezen Christus wordt kennelijk niet meer gehinderd door de beperkingen en gesloten deuren van onze vergankelijke wereld. Zijn nieuwe, vergeestelijkte en verheerlijkte bestaan als verrezene stelde Hem in staat om die beperkingen te doorbreken.
En zo breekt Jezus ook de wereld van ons, zijn leerlingen, open. We zitten niet langer opgesloten in onszelf, in onze vergankelijkheid en eindigheid, maar we zijn voortaan met de hemel verbonden en in contact gebracht met God. Zo voelden Jezus’ eerste leerlingen zich opeens in de aanwezigheid van Gods licht en liefde toen de verrezen Christus aan hen verscheen, en vreugde brak door in hun hart. Vervolgens blies Jezus zijn over hen, met de woorden “Ontvang de heilige Geest, de levensadem van God” en vanaf toen kregen de leerlingen deel aan dezelfde bezieling, dezelfde liefde, dezelfde Geest als Jezus. Ze kregen een nieuwe identiteit, als waarachtige kinderen van God. 
De batterij van hun hart en hun ziel werd opgeladen met de liefde, de wijsheid en de kracht van Gods Geest en zo werden ze in staat gesteld om de zending van Jezus voort te zetten: zoals de Vader Mij gezonden heeft, zo zend Ik u.

Dit alles geldt niet alleen iets voor die eerste christenen, maar ook voor ons. We vieren niet voor niets ieder jaar Pasen en Pinksteren. Vervuld mogen worden van de heilige Geest is iets dat weggelegd is voor ons allemaal. De basis daarvan is al gelegd bij ons doopsel. Zoals Paulus zei in de tweede lezing: “Wij allen zijn in de kracht van één en dezelfde Geest door de doop één enkel lichaam geworden en allen werden wij gedrenkt met één Geest.”

Maar de beleving hiervan is geen automatisme. Het gaat om een persoonlijke relatie tussen mens en God. En daar moet je tijd en ruimte voor vrij maken in je leven. Zeker in onze geseculariseerde wereld, waarin bijna alles gericht is op productie en consumptie, moet je momenten en gelegenheden zoeken om de batterij van je ziel op te laden en te activeren. Daarom zijn liturgische vieringen zoals deze zo belangrijk om weer even bewust en geconcentreerd in de biddende atmosfeer van de heilige Geest te komen. Daar krijgt je ziel weer nieuwe energie en kracht van. Het rijk van God, zo zegt Paulus, bestaat namelijk vooral in kracht, namelijk in de kracht van de heilige Geest, die woont in ons hart en die onze mentaliteit verandert en ons bezielt, meer en meer, met liefde, vreugde en vrede. En wanneer mensen op deze nieuwe manier in het leven gaan staan wordt ook de wereld om hen heen daardoor positief beïnvloed en zien we de heerschappij van Christus, het Rijk van God aan het werk. Maria, die op die eerste Pinksterdag samen met Jezus’ leerlingen bijeen was, zal daarbij onze Voorspreekster zijn. Samen met haar bidden we: “Kom heilige Geest, vervul de harten van uw gelovigen en ontsteek in hen het vuur van uw liefde. Zend uw Geest uit en alles zal worden herschapen en Gij zult het aanschijn der aarde vernieuwen.”